In- of uitbreiden? Dat is de vraag

Beeldvormende commissievergadering over toekomstige woningbouw

MEIERIJSTAD - Inbreiden, uitbreiden, of kiezen voor een gulden middenweg? Dat was de centrale vraag die voorlag aan de deelnemers van commissievergadering over woningbouw van donderdag 12 november. Want als we de nieuwste cijfers van de Provincie mogen geloven, dan groeit de bevolking van Meierijstad de komende tientallen jaren harder dan de ramingen waarop de huidige woonvisie is gebaseerd en zijn er in de komende decennia meer dan 2500 woningen extra nodig.

Beeldvormende avond

De zogenaamde beeldvormende avond was belegd om de gemeenteraad bij te praten over de nieuwste inzichten in de groei van de bevolking voor de komende jaren. De vorig jaar aangestelde woningbouwregisseur Guido Mertens legde de aanwezige raadsleden dus deze drie richtingen voor. Het waren niet meer dan zoekrichtingen, een grove schets van de opties die de gemeente heeft om straks sneller in de spelen op de vraag naar woningen. Besluiten werden er op deze avond dan ook niet genomen en ook voor het bedrijven van politiek liet voorzitter Schwiebbe weinig ruimte.

Huidige woonvisie

Inbreiden is het uitgangspunt van de huidige woonvisie. En inbreiden betekent vooral bouwen binnen de grenzen van de bestaande kernen, bijvoorbeeld op een vrijgekomen stuk grond na de sloop van bestaande bebouwing of door open ruimtes een nieuwe bestemming te geven. Op deze manier wordt het buitengebied, het platteland en het landelijk gebied tussen de kernen zoveel mogelijk intact gelaten. Het nadeel is dat daardoor de open ruimte binnen het bebouwde gebied steeds meer onder druk komt te staan, en dat elk veldje of pleintje straks vol wordt gebouwd.

14e kern

Maar met de nieuwste cijfers van de Provincie in het achterhoofd gaat het niet lukken om alleen met inbreiding straks aan alle vraag naar woningen te voldoen, waarschuwde Mertens. De woningbouwregisseur schetste een ander vergezicht: het aanleggen van een zogenaamde veertiende kern, zeg maar een heel nieuw dorp, om zo in één klap aan de behoefte voor de komende decennia te voldoen. Dat is niet meer dan een zoekrichting, benadrukt Mertens. Maar ook daar kleven vanzelfsprekend nadelen aan, hield hij zijn gehoor voor.

Gulden middenweg

De meest voor de hand liggende richting is een combinatie van in- en uitbreiden. Daarbij kunnen per locatie passende oplossingen worden gezocht en kunnen voor- en nadelen beter tegen elkaar worden afgewogen. Een logisch verhaal, maar ook een beetje voordehandliggend. Het ontlokte Raadslid Verkuijlen van Gemeentebelang een opmerking over voorgekauwde 'opties' uit de 'toren in Den Bosch'. Maar het zijn natuurlijk geen dichtgetimmerde voorstellen, het zijn 'hoofdkoersen', zoals Mertens het noemt. En de raad krijgt nog alle tijd om mee te praten en te beslissen over de concrete invulling.

Insprekers

Een concrete invulling kwam van de insprekers mevrouw Heleen van der Nat en de heer Daan Haasbroek, die op persoonlijke titel het plan 'Groene Bloem' voorlegden. In dat plan wordt opgeroepen om duurzaam te bouwen en om trage wijzigingen van het bestemmingsplan te omzeilen, bijvoorbeeld door de bouw van zogenaamde 'tiny houses', tijdelijke kleine woningen in kleinschalige mini-wijkjes, liefst klimaatneutraal en zelfvoorzienend. Het plan biedt mooie alternatieve inzichten. Deze vorm van flexibel bouwen zou vooral voor starters interessant zijn, vanwege de 'lage kosten'. Alleen vergat Van der Nat erbij te melden dat dat alleen is weggelegd voor starters met een rijke pa of ma, want er zijn natuurlijk maar weinig banken die zo'n kleine tijdelijke woning als onderpand accepteren voor het verstrekken van een hypotheek.

Rode en groene briefjes

De avond werd vervolgd met een verkenning van de instrumenten die gemeente in handen heeft om de woningbouw te stimuleren, zoals de eventuele aankoop van grond en de instelling van erfpacht, het stellen van minimumpercentages en andere middelen om te interveniëren in de markt van vraag en aanbod. De raadsleden konden met rode en groene briefjes reageren op voorgelegde stellingen. Helaas was het voor de toeschouwer thuis niet mogelijk om te zien welke raadsleden er voor en welke tegen de stellingen waren. Dat werd gelukkig in de vragenronde na elke stelling een beetje duidelijker.