'Je probeert de ontreddering te verminderen'

Reddingsbrigade Veghel terug uit overstromingsgebied

VEGHEL – De hulpverleners van de Reddingsbrigade Uden-Veghel zijn weer tot zichzelf gekomen. Een aantal dagen hebben ze geholpen in het overstromingsgebied in Limburg. “We hopen dit niet meer mee te maken, maar als het moet staan we weer klaar,” zegt Jeroen Höppener van de brigade.

Vorige week werden ze opgeroepen. De ploeg haalde de reddingsboot uit de haven van Veghel en ging naar Zuid-Limburg. De reddingswerkers waren er voor getraind, maar de werkelijkheid was anders dan wat je kunt oefenen. “Je treft daar een grote chaos aan,” zegt voorzitter Höppener met een groot gevoel voor understatement.

Paar uurtjes slapen

De mensen uit Veghel en Uden werden ondergebracht in een sporthal in Maastricht. Snel een paar uurtjes slapen en meteen de volgende ochtend met de boot op de trailer naar het overstroomde gebied. Ze werden ingezet in de dorpen rond Maastricht.

Höppener: “Dan ben je dus meteen midden in een rampgebied. Je ziet mensen die totaal ontredderd zijn en die nog net wat persoonlijke spullen in een tasje hebben kunnen stoppen. Sommigen hadden hun huisdieren kunnen redden.

Adrenaline

Volgens Jeroen Höppener heeft de ploeg uit Veghel wel eens getraind in een ondergelopen weiland, maar wat de mensen in Limburg aantroffen was van een andere orde. “Er gebeurt iets met je dat je tijdens een oefening niet hebt, namelijk de adrenaline. Soms belemmert die je om keuzes te maken maar in de meeste gevallen was het vooral goed voor het doorzettingsvermogen.”

Na een dag hard werken konden de reddingswerkers een paar uur slapen. ’s Nachts werden ze weer opgetrommeld om samen met andere hulpverleners een gebied te verkennen. Daarna weer een paar uurtjes rust en vervolgens werden de mensen uit Veghel en Uden naar Bunde gedirigeerd waar een dijk dreigde door te breken. Dat gebeurde niet en het bleef uiteindelijk bij paraat staan.

Opgelucht

Toen dat gevaar geweken was kon de ploeg weer aan de slag om mensen uit hun huizen te redden. Dat was dankbaar werk. “De mensen waren opgelucht dat wij er waren om ze uit hun huis te halen. En dan merk je dat het ook iets met jezelf doet als je ziet dat mensen met alleen een paar spullen huis en haard moeten verlaten,” vertelt Jeroen Höppener.

Een hulpverlener doet z’n ding zonder vragen en zonder vergoeding. Höppener: “Onze beloning is een emotionele beloning van mensen die we in veiligheid kunnen brengen. Het begon al onderweg van Veghel naar Limburg. Al die automobilisten die een duim opstaken als ze onze trailer met boot zagen.”

Ontreddering verminderen

De hupverleners hebben echt het gevoel dat ze iets hebben kunnen betekenen voor mensen in nood. “Je haalt mensen niet alleen uit ondergelopen huizen. Je probeert ook hun ontreddering te verminderen. En aan mensen die het gebied in willen naar ouders of kinderen, maar die dat niet mogen, probeer je uit te leggen dat er goed voor hun familie wordt gezorgd. Op dat soort gesprekken oefenen we gelukkig ook,” aldus Höppener.

Hij vertelt ook gloedvol over de hechte samenwerking binnen de eigen ploeg maar ook met leden van andere reddingsbrigades, politie- en brandweermensen en militairen. “Iedereen doet op zijn eigen vakgebied wat hij kan. En die saamhorigheid is zo groot.”

Inmiddels hebben de mensen uit Veghel een beetje bijgeslapen en het eerst evaluatiegesprek gevoerd. “Hoe moeilijk en hoe vervelend het ook is voor mensen in Limburg, wij zijn tot de conclusie gekomen dat we een mooi vak uitoefenen en als het moet gaan we weer,” aldus Jeroen Höppener.