Gemeenteraad blijft op de kleintjes letten

MEIERIJSTAD - De gemeente krijgt meer taken en minder geld. En dat is de gemeenteraad van Zoetermeer spuugzat. Deze raad is het zat om steeds te moeten bezuinigen en komt met een actieplan dat het Rijk moet dwingen om meer geld te investeren in gemeenten. Ze roepen andere gemeenteraden ook op om zich achter deze actie te scharen. Is daar animo voor in Meierijstad?

Fout in de wet

Alleen D66 ondersteunt de oproep van de Zoetermeerse gemeenteraad van harte, ook al speelt het probleem van te weinig geld nog niet in Meierijstad. “De decentralisatie van de jeugdzorg in combinatie met kortingen op het budget leiden echt tot een enorme aanslag op de gemeentelijke financiën. Als je als gemeente pech hebt slaat dat een enorm gat in de gemeentelijke begroting. Gelukkig speelt dat probleem op dit moment niet in Meierijstad. Dat kan zomaar veranderen als er een paar jongeren zijn die zware gespecialiseerde hulp nodig hebben,” aldus fractievoorzitter Marrik van Rozendaal. Volgens hem heeft dit te maken met een weeffout in de Jeugdwet. “De gespecialiseerde jeugd GGZ voor jongeren die echt veel en zware hulp nodig hebben is bij de gemeente gelegd. In onze visie moet de verantwoordelijkheid voor deze specialistische zorg snel terug naar het Rijk. Voor deze groep is Nederland te klein om dat te decentraliseren. Nogmaals, de situatie is nu in Meierijstad niet knellend, maar dat kan zomaar veranderen.”

Flinke spaarpot

Dat ziet Laurens van Voorst van Hart anders. “De situatie in Meierijstad lijkt in vrijwel niets op die van Zoetermeer. We houden jaar op jaar geld over voor de sociale zaken en er zit daarvoor inmiddels maar liefst 14 miljoen euro in de sociaal-domein-spaarpot. En dat is niet omdat we in de gemeente beroerde zorg leveren. Integendeel! Zo werpt de nadruk op preventie vruchten af. Daarmee worden jongeren beter geholpen en houden we geld over. We hebben, zeker op het gebied van jeugdhulp en Wmo, de zaken in Meierijstad goed voor elkaar. Dat mag wel eens gezegd worden.” Toch vindt Laurens de oproep van Zoetermeer wel begrijpelijk. “Meierijstad zou iets soortgelijks kunnen doen. Maar dan vooral uit solidariteit, niet omdat we het zelf zo hard nodig hebben.”

Meer geld naar Wmo

Het klopt dat het ‘huishoudboekje’ van de gemeente nu nog gezond is. Toch waren de kosten voor met name hulp in de huishouding vorig jaar fors hoger dan begroot. Dit komt vooral doordat in 2019 de eigen bijdrage voor iedereen gelijk is getrokken. Inwoners betalen, ongeacht het inkomen dat ze hebben, een bijdrage van 19 euro per maand. Daardoor zijn de gemeentelijke kosten voor huishoudelijke hulp gestegen én is het aantal aanvragen voor deze hulp met 20% toegenomen. Ook doen inwoners vaker een aanvraag voor hulpmiddelen, collectief vervoer en specialistische zorg. Dit is ook terug te zien in de begroting van de gemeente. Vanaf 2021 zal in de begroting ongeveer structureel 1,4 miljoen euro meer gereserveerd moeten worden voor de Wet maatschappelijke ondersteuning.

Misbruik van reserves

Meierijstad staat er financieel niet slecht voor. Toch vinden alle partijen het zaak om goed op de kleintjes te letten. “De gemeente is financieel gezond, dankzij de groei van bedrijvigheid en de verkoop van veel bedrijventerreinen in de laatste jaren. Maar we constateren ook dat de rijksoverheid taken overdraagt aan de gemeente en daar tegelijkertijd minder geld voor beschikbaar stelt. Zo wordt door de rijksoverheid gebruik, beter gezegd misbruik, gemaakt van de reserves van gemeenten of worden de burgers extra belast doordat gemeenten de tarieven verhogen,” stelt Peter Verkuijlen van Gemeentebelang Meierijstad. Dat vindt hij een kwalijke zaak. Reden voor de deze partij om steun aan het Zoetermeerse actieplan te overwegen.

Oproep om geld bij minister

De gemeente Meierijstad heeft dus een ‘gezond’ huishoudboekje, al is het volgens alle partijen nodig om op de kleintjes te letten. Pascal Timmers van Lokaal Meierijstad licht dat toe: “De financiële positie van de gemeente Meierijstad is niet heel ruim, maar we hoeven zeker nog niet direct tot grootschalige bezuinigingen over te gaan.” Hij constateert ook dat de keuzes binnen de Wmo en de uitvoering daarvan positief zijn. Niet alleen omdat ze nog te betalen zijn, maar vooral ook omdat ze zorgen voor passende zorg en tevreden inwoners. Toch voorziet Lokaal Meierijstad dat er nog lastige keuzes in het verschiet liggen. Pascal: “We hebben weinig bestedingsruimte in de begroting en hebben als raad nog geen zicht op de ontwikkelingen vanaf 2021. Ook is nog onzeker welke inkomsten de gemeente krijgt vanuit het gemeentefonds. Vanuit de regio hebben meerdere colleges een oproep gedaan richting de minister om als Rijk te blijven investeren in de lokale overheden. Onze partij steunt die oproep, omdat de gemeente die middelen hard nodig heeft om de burgers en bedrijven van Meierijstad te blijven bieden wat ze nodig hebben.”

Durven kiezen

In Meierijstad durft de gemeenteraad volgens HIER Meierijstad en Lijst Blanco keuzes te maken. Dat zal waarschijnlijk niet zo gauw leiden tot drastische bezuinigingen op de Wmo. Marischka Klotz van HIER: “Natuurlijk maken wij ons ook zorgen over de beschikbare geldstromen. Maar in Meierijstad hebben we nog steeds alle taken goed kunnen uitvoeren. Meierijstad kan ook nog steeds investeren in bijvoorbeeld sportvoorzieningen, zoals zwembaden en kunstgrasvelden. We beseffen dat er mogelijk nog keuzes moeten worden gemaakt, Daarvoor zullen we zeker niet weglopen wen we zullen onze verantwoordelijkheid nemen. Maar bezuinigingen in het sociale domein liggen niet voor de hand, want HIER vindt het belangrijk dat iedereen kan meedoen.”

Niet kiezen voor de gemakkelijke weg

Ook Thijs van Zutphen van Lijst Blanco erkent dat pijnlijke bezuinigingskeuzes in de toekomst wellicht nodig zijn. “Het is een van de kerntaken van politici om de beschikbare schaarse middelen te verdelen. "De integrale afweging van uitgaven in de begroting vormt altijd een spagaat," zegt hij. “De afgelopen jaren hebben wij in Meierijstad gelukkig nog geen pijnlijke bezuinigingskeuzes hoeven maken, maar dat kan in de toekomst wel het geval zijn als de landelijke ontwikkelingen negatief uitpakken. De juiste manier om met dit probleem om te gaan is zeer kritisch zijn op uitgaven en niet direct kiezen voor de makkelijkste weg van belastingverhoging. We moeten als raad scherp voor ogen houden dat niet alles kan en dat we zeer scherp keuzes moeten maken om bestand te zijn tegen economische tegenwind. Want ga je in slechte tijden de belasting verhogen, dan maak je de problemen alleen maar groter.”